Het is een vaak gestelde vraag ... waar niet iedereen een kant-en-klaar antwoord op kan geven. In ons blogbericht geven we jou meer informatie over wat een investering in vastgoed kan kosten.
Eigen Inbreng
De Nationale Bank van België kijkt de afgelopen jaren strenger toe op de markt van de woonkredieten. Sinds begin 2020 zijn de voorwaarden een stuk strikter geworden. Indien je een lening wil aangaan voor een eigen landelijke woning of hippisch vastgoed waar je zelf gaat wonen, mag je nog maximaal 90% van het aankoopbedrag lenen. Indien je een hippisch bedrijfsvastgoed aankoopt om (deels) te verhuren dan kan je maximaal 80% lenen. De resterende 10% of 20% en de bijkomende kosten moet je dus met eigen middelen financieren.
De bijkomende kosten bestaan uit:
- De registratierechten
- BTW (nieuwbouw)
- Het ereloon van de notaris
- De aktekosten
In slechts een beperkt aantal dossiers is het toegestaan om van deze percentages af te wijken. 5% van de kredietnemers mag toch nog 105% van de aankoopwaarde lenen bij aankoop van een eerste woning. Bij de aankoop van een tweede woning kan 20% van de kopers 100% van het aankoopbedrag lenen.
Stel dat je een eerste landelijke woning wil aankopen waarbij de aankoopprijs 600.000 bedraagt dan zal je een minimale eigen inbreng van 60.000 euro moeten voorzien.
Voor de bijkomende kosten mag je rekenen op:
- Registratierechten (3%): 18.000 euro
- Ereloon: 2.648,65 euro
- Administratieve kosten: 800 – 1.100 euro
- Kosten overschrijving: 240 euro
- BTW: 724,22 – 787,22 euro
Als we alles samentellen, komt het benodigde budget op ongeveer 622.775,87 euro**, waarvan je minimaal 88.000 euro zelf zou moeten voorzien voor een landelijk woonvastgoed. Hoe meer paardenaccomodatie aanwezig op het vastgoed, hoe hoger de gevraagde eigen inbreng wordt. Om een lening te bekomen, is een eigen inbreng van 30 à 35% geen uitzondering voor een hippisch complex.
** Deze berekening werd gemaakt met de rekenmodule van notaris.be. De rekenmodule kan je hier terugvinden. Deze berekeningsformule is gebaseerd op een vereenvoudigde formule. Mogelijk zijn er voorwaarden die de berekening kunnen beïnvloeden.
MAANDELIJKSE AFBETALING
Je maandelijkse terugbetalingscapaciteit is ook een belangrijke factor om te bepalen hoeveel je kan lenen. . Hoe hoger je eigen inbreng, hoe voordeliger de rentevoet zal zijn. Maar hierbij houdt de bank ook rekening met je inkomsten. De stelregel dat je afbetaling niet meer dan een derde van je inkomen mag bedragen, is ondertussen al wat gedateerd. Hoe hoger het inkomen, hoe minder relevant dit principe wordt.
Wat meer van tel is, is hoeveel je na je lening overhoudt om van te leven. Voor koppels is het minimum 1200 euro per maand. Voor alleenstaanden 1.000 euro per maand
Op zoek naar een eerste woning of een investering die jou een goed rendement kan opleveren? Ons team staat jou met veel plezier bij. Maak gerust een afspraak.
Wil je verkopen? Maak gebruik van onze gratis waardebepaling!